Cookie beleid Sportclub Teuge

De website van Sportclub Teuge is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

Sponsors

Afscheidsinterview Marcel Vink

23 juni 2018 13:00


Hopelijk denken ze: ‘Ja, hij heeft alles gegeven voor de club.’

Vrijdagmiddag en op mijzelf én de aantrekkelijke receptioniste na, is er helemaal niemand aanwezig in de immense bezoekersruimte van de grootste verzekeraar van Nederland, waarvan de hoofdvestiging is gebouwd pal naast een meters hoge telefoon. Als ik voor de vele lege stoelen sta haper ik. Een vreemd fenomeen en iets dat mij vaker overkomt als de keuze reuze is.

Wanneer ik zit neem ik het ervan en rustig kijk ik om mij heen. Met de seconde stijgt mijn verbazing. Natuurlijk weet ik waar ik ben, desalniettemin waan ik mij eerder in Burgers Zoo dan bij een verzekeringsmaatschappij.

Uit het hoge plafond kringelen varens en lianen. Klimop met kleurige inheemse bloemen wikkelen zich rondom gigantische pilaren en twee lange trappen. Zelfs de glazen liften zijn geïntegreerd in een enorme rotspartij die niet zou misstaan op de savanne van – pak ‘em beet – Zimbabwe, compleet met bomen, struiken en een waterval.

Vanachter een kokosnotenboom verschijnt opeens de imposante gestalte van mijn gastheer.  Tussen de struiken maar vlak voor de trap kijkt hij op en tuurt hij over de bezoekersruimte, al was hij de alfa-Gorilla die vanaf een bergtroon zijn territorium inspecteert. Dan ziet hij mij en plotseling breekt het gezicht van Marcel Vink open als een kokosnoot na een flinke slag van een vlijmscherpe machete.

“Koffie? Of een lekker biertje?” Vink is een betrokken gastheer, maar kan zijn irritatie amper onderdrukken als blijkt dat het personeel van de brasserie waarin we zitten, al vroeg vrijaf had genomen. Hoe vaak en hard hij ook ‘hallo’ roept, er verschijnt helemaal niemand. “Tjonge. Hoe kan dat nou. Dan krijg je sowieso morgen een biertje van me”, verontschuldigt Vink zich. 

We nemen plaats. Juist als we willen starten met het vraaggesprek komt er een dame onze kant op lopen. Zelfverzekerd en met een fikse tred. Vink is enthousiast en wil zijn bestelling plaatsen, maar nog voor hij een woord kan uitbrengen merkt de vrouw op: “Excuseer, maar boven zijn ze bezig met het maken van een film en de regisseur geeft aan dat u beiden in beeld zit. Zou u elders willen plaats nemen?” Vink kijkt omhoog. Het parmantige hoofd van – kennelijk – de regisseur knikt, maar een lach zit er niet in. Vink mort en schraapt zijn keel. De perfectionist krijgt een tweede ‘teleurstelling’ te verwerken.

Terwijl we opstaan merken we op dat dit toch echt een gemiste kans is. Want twee van zulke buitensporig knappe gasten? Dat moet wel kijkers trekken. Maar deze voetbalhumor is niet aan de vrouw besteed getuige haar geïrriteerde gelaatsuitdrukking. Aan de andere kant van de brasserie ontwaren we twee comfortabel ogende fauteuils. We ploffen neer. Het gesprek kan eindelijk beginnen.

Morgen is het zover. Na acht jaar jouw laatste thuiswedstrijd. Kijk je ernaar uit?

“Nou… eigenlijk ervaar ik het met een heel dubbel gevoel. Tot gisteravond benaderde ik het als een gewone wedstrijd die ik wil winnen. Maar sinds vanmorgen is dat anders. Toen ontving ik een geweldige app van Jeroen van den Hoek en daarmee heeft hij mij wel even uit de tunnel geschopt waarin ik verkeerde. Gek genoeg beleef ik nu alles met veel meer emotie.”

Wat zijn die emoties?

“Twijfel. Wat meer onzekerheid. Ik hoop dat ik er rustig onder blijf, maar dat weet ik niet zeker. En dat past niet zo goed bij mij, haha.”

Wat zou er kunnen gebeuren dan?

“Nou, dat ik word overvallen door het besef dat er een tijdperk wordt afgesloten. En eerlijk is eerlijk, het ligt ook aan hoe de wedstrijd afloopt. Winnen is dan toch het leukste. Mijn resultaatbehoefte en verantwoordelijkheidsgevoel kan ik nooit helemaal afsluiten...”

Je zult morgen ongetwijfeld denken aan hoe het acht jaar geleden begon. Wat weet je daar nog van?

“Alles. Echt waar.  In december 2009 draaide ik voor het eerst De Zanden op richting het sportpark en vanaf dat moment voelde ik mij er gelijk op mijn plek. Dat gevoel was heel bijzonder. Kijk, daarna ga je met elkaar in gesprek. Over het zakelijke gedeelte. Het perspectief, dat soort zaken. Maar voor mij was het belangrijkste of ik mij bij Sportclub Teuge op mijn gemak zou voelen en dat was vanaf het eerste moment het geval.”

Met wie had je dat eerste gesprek?

“Met Sjors Wolters en Jacco Blumink, twee generatiegenoten die ik ook al kende. Sjors en ik zaten op dezelfde middelbare school en Jacco kende ik als dé spits van Sportclub Teuge. Dat praatte dus makkelijk weg, zorgde voor verbinding en dus was het een en ander snel beklonken. Sportclub Teuge kwam uit een moeilijke periode en we konden, toen nog als jonge honden, samen gaan bouwen. Een prachtige uitdaging.”

Hoe ben je begonnen?

“Als ik aan iets begin wat goed voelt en ga samenwerken, dan komt er bij mij energie vrij om zoveel mogelijk plannen en visie op papier te zetten. Dan bemoei ik mij overal mee, haha. Waardoor dat komt? Nou…als trainer kan ik geen garantie geven op succes, maar organisatorisch kan ik dat wel. Daarom probeer ik daar ook veel in te bereiken. Zodat mensen kunnen zeggen: die periode Vink heeft ons duurzaam en structureel iets opgeleverd. Bij Teuge heb ik dat onder meer geprobeerd door bijvoorbeeld de structuur rondom selectievoetbal aan te scherpen, informatiesets beschikbaar te stellen, klankbordsessies te initiëren en trainingsmaterialen te moderniseren.”

Ging dat gemakkelijk?

“Soms ben ik wel tegen de grenzen aan gelopen en ja, ik heb ook wel eens bakzeil moeten halen.  Maar dat is niet erg. Want soms veel belangrijker dan de uitkomst, is de kwaliteit van het gesprek dat je met elkaar ergens over voert en de mate van respect dat je daarin toont voor elkaars standpunten. En respect is er altijd geweest. Vanaf het eerste jaar tot en met het achtste jaar.”

Waar liep je als trainer van Sportclub Teuge meteen tegen aan?

“Het underdog-gevoel. Sportclub Teuge ging jarenlang het veld op met de gedachte ‘nou, het zal wel weer lastig worden vandaag’. Dat heb ik geprobeerd te veranderen, want je gaat het veld in om te winnen. Juist als je zo’n prachtige club vertegenwoordigt. Dat betekende dus echt een cultuuromslag. Toen we de allereerste competitiewedstrijd in september 2010 wonnen van kampioenskandidaat CJV-ers, was de vreugde erg groot. Dat was een bevestiging van het feit dat we een cultuur die er was ingeslopen, namelijk ‘we zullen wel verliezen’, daadwerkelijk zelf konden veranderen.”

In acht jaar tijd heb je tal van spelers onder je hoede gehad. Jonge jongens kwamen en zag je ouder worden. Hoe is het om zo lang met dezelfde spelers op te trekken?

“Dat is erg speciaal. Omdat je elkaar drie keer in de week ziet voor zo’n lange periode, krijg je ook veel mee van de ontwikkelingen in de levens van je spelers. Ze beginnen een studie of gaan afstuderen, krijgen een relatie, gaan samenwonen, kopen een huis, krijgen kinderen. En dat zijn dan de mooie momenten. Natuurlijk is er ook leed, zoals het noodgedwongen op jonge leeftijd moeten stoppen in verband met zware blessures, maar ook het verlies van vrienden of familieleden.”

Als coach heb je te maken gehad met twee spelers die hun vader hebben verloren. Hoe ben je daar mee om gegaan?

“Daar is geen handboek voor, dus alles draait dan om het gevoel. Dat heb ik geprobeerd te volgen en op die manier de speler de aandacht te geven waar hij op zit te wachten. En dat kan dus veel, maar ook heel weinig zijn. In beide gevallen heb ik geprobeerd om heel actief en oprecht betrokken te zijn bij de speler en het lot wat hem treft. Recht vanuit mijn hart en ik hoop dat dat is gelukt.”

“Sowieso waren het natuurlijk bizarre momenten. Aan de ene kant de vreselijke triestigheid dat zulke jonge mannen treft. En aan de andere kant de schoonheid van het teamproces op zo’n moment.  Goh, als ik terugdenk aan de manier waarop het team die keren achter hun medespeler is gaan staan. Meeleeft. Er voor hem is. Op die momenten was ik ontzettend trots op de groep. ‘Samen staan we sterk’, dat probeerden zij die mannen mee te geven en dat is een krachtig signaal. Je komt emotioneel niet dichter bij elkaar dan wanneer er zoiets ergs gebeurt. Iedereen is dan op zijn kwetsbaarst. Natuurlijk kunnen we niet weten wat het echt betekent voor een speler die zoiets vreselijks meemaakt, maar als team kun je niet meer doen dan er voor hem zijn.”

Als je die lange periode in beschouwing neemt. Waar ben je trots op?

“Hmm…het meest ben ik trots op het feit dat we acht jaar op een hele positieve manier met elkaar hebben kunnen samenwerken. Vanaf dag één tot de dag van vandaag doet iedereen zijn best, werkt hard en is er veel plezier.“

Vaak is de houdbaarheid van een trainer maar een paar jaar. Waardoor is jou dat gelukt?

Dat vind ik lastig hoor. Spelers kunnen dit beter beantwoorden, maar ik zal een poging wagen. Sowieso is de breedte van de technische staf essentieel geweest. Als spelers dag in, dag uit Marcel Vink aan het woord horen worden ze gek. Af en toe moet er ook een ander geluid klinken.  Wat vermoedelijk ook heeft bijgedragen is dat spelers aan mij altijd wel hebben gemerkt dat ik het trainersvak echt een serieus vak vind. Dat ik er veel energie en bevlogenheid in stop en er nooit met de pet naar gooi. Dat wat ik doe, wil ik op mijn best mogelijke manier doen, dat is mijn natuur en ik denk dat spelers dat wel herkennen en waarschijnlijk hebben kunnen waarderen.”

De andere kant van de medaille is er ongetwijfeld ook. Waar ben je ontevreden over?

“Natuurlijk dat ik mijn droom niet heb kunnen realiseren en dat was om met Sportclub Teuge een keer te promoveren naar de tweede klasse. Dat dit niet gelukt is, vind ik echt doodzonde. Vorig seizoen en vooral ook dit jaar vond ik dat we de selectie ernaar hadden om het af te dwingen.”

“Iets anders dat mij niet is gelukt, is om de handen op elkaar te krijgen voor het creëren van een selectiewaardig randvoorwaardenpakket. Passend bij een stabiele en ambitieuze derde klasser als Sportclub Teuge, zoals trainingsoutfits en een simpele schoenenbon. Wat die spelers doen is niet vrijblijvend, daar wordt soms te simpel over gedacht. Zij vertegenwoordigen drie keer in de week de club, zijn op zaterdagmiddag het uithangbord, moeten verantwoordelijkheden nakomen en steken er veel tijd en energie in. Het is niet vrijblijvend. Maar in het DNA van Sportclub Teuge zit toch een beetje opgesloten: ‘goh, wat krijgen die jongens van het 1e elftal veel.’ Maar echt, die jongens krijgen niet zo veel. Ze moeten vooral ook heel veel doen.”

“Dat er weinig synergie is tussen het technische gedeelte van de jeugd en dat van de senioren is een laatste punt van aandacht. Afzonderlijk werken ze werkelijk uitstekend, maar het zijn twee te veel van elkaar losstaande entiteiten. Van een gestroomlijnde samenwerking is helaas nog te weinig sprake. Dat heeft vooral met een eenduidige visie, communicatie en verbinding te maken. Als club leidt je in mijn beleving op voor het eerste team, dat is toch het heilige doel. Ondanks heel veel inzet en mooie initiatieven zijn we daar niet structureel in geslaagd, dat heeft kennelijk nog wat meer tijd nodig.  

Maar hoe dan ook, ik hecht eraan vooral te benadrukken dat de situatie van nu en acht jaar geleden totaal niet meer te vergelijken is. De club is stabiel georganiseerd, financieel gezond, initiatiefrijk en barst van de mensen die voor de club hun handen uit de mouwen steken. Sportclub Teuge heeft heel veel bereikt.”

Is de coach Marcel Vink van nu anders dan die van acht jaar geleden?

“Intrinsiek niet. Maar trainer zijn is een ervaringsvak en je leert en verandert naarmate je bezig bent. Veranderen an sich is voor mij een interessante uitdaging, want dat zit niet echt in mijn natuur. Kijk om je heen, ik werk al 26 jaar bij Achmea op dezelfde afdeling, bij Sportclub Teuge ben ik acht jaar actief geweest en als ik eenmaal een vastomlijnde opstelling en speelwijze heb gekozen, verander ik die ook niet snel. Voor mijzelf lag daarin dus de grootste uitdaging en ik ben wel tot inzichten gekomen.  Acht jaar geleden organiseerde ik op donderdagavond laat nog hele discussieavonden. Geloof mij, zoiets zou ik niet zo snel meer doen. Wat ik ook heb geleerd is dat spelers wel naar je willen luisteren en hard willen werken, maar vooral ook plezier willen hebben. Is dat er niet, dan is er sowieso geen goede basis. Daarnaast heb ik geleerd dat de invloed van een trainer niet overschat moet worden. Coachen is het beïnvloeden van mensen. Als coach ben je weliswaar honderd procent verantwoordelijk, maar de mate waarin je écht invloed hebt op spelers is nooit honderd procent. Ik wil graag een zo hoog mogelijk percentage bereiken. Dat is mijn intrinsieke motivatie en dat is in al die jaren niet veranderd.”

Als je morgen voor een volle kantine staat, wat ga je dan missen?

“Echt heel veel dingen, maar vooral de mensen in de club en in het bijzonder mijn spelers. En mijn staf, daar heb ik mij altijd enorm spekkoper mee gevoeld. Met veruit de meesten in onze staf heb ik jarenlang mogen werken. Stuk voor stuk toppers, zó betrokken. Zonder iemand tekort te doen, wil ik Joris van den Bosch er speciaal uitlichten. Normaal gesproken is 1 + 1 altijd 2, maar bij Joris was de uitkomst 3. De samenwerking met Joris was heel bijzonder en verrijkend. Waarin dat zit? Hij kijkt anders naar situaties en daarmee schenkt hij mij een ander blikveld. Bovendien is hij proactief. Als hij wat vindt, zegt hij dat ook tegen mij en dat initieert een unieke samenwerking.”

“Wat ik ook ga missen zijn de krasse knarren langs de lijn: de supporters die door dik en dun achter het eerste elftal staan, maar ook achter mij. Man, dat heb ik zo gewaardeerd. Dat ga ik echt missen. Het is iets wat je niet overal meemaakt en het resultaat van een band die in acht jaar is opgebouwd. Dat koester ik zeer.”

Waarom emotioneert je dat?

“Omdat er bij die mensen zo’n betrokkenheid is bij de club en bij hetgeen ik doe. Soms had ik het idee dat ze het voor mij erger vonden als we verloren dan voor het team. Dat hoeft helemaal niet natuurlijk, maar die insteek is gewoon bijzonder. Ze hoeven dat niet te doen, snap je? Het is oprecht en dat maakt het zo speciaal. Sommigen hebben al gezegd volgend jaar ook eens te gaan kijken bij Groen Wit. Dat is toch gaaf!”

Is er ook iets dat je niet gaat missen?

“Tja, nou zo kan je dat niet stellen. In acht jaar maak je wel eens iets mee dat je ergert. Maar mensen hebben zich ongetwijfeld ook wel eens aan Marcel Vink geërgerd, haha. De balans slaat zo belachelijk hard door naar het positieve, dat kan ik niet meer benadrukken. Bij wijze van spreken had ik nog wel twintig jaar kunnen blijven.”

Had je dat gekund?

“Qua club? Ja, dat had gekund. Sportclub Teuge past zo goed bij mij. Maar wat ik persé niet wilde is dat er een algemeen gevoel zou ontstaan van: ‘goh, we zijn een jaar te lang doorgegaan.’  Bovendien had ik zelf de afgelopen twee seizoenen sterk het gevoel dat we het beter hadden moet doen in de competitie. Het is niet super slecht gegaan, maar wel enigszins teleurstellend. Voor mijn gevoel is er niet uit gekomen wat er in zat.”

Maar eerder zei je dat de invloed van een trainer niet overschat moet worden. Nu lijkt het erop dat jij jezelf deze prestaties aanrekent. Is dat niet tegenstrijdig?

“Dat is zo. Maar uiteindelijk voel ik mij wel verantwoordelijk voor de prestaties, dat is een simpel feit. Zo zit ik nou eenmaal in elkaar. Op een gegeven moment ontwikkelen dingen zich ook. Eerder dit seizoen rees bij mij voor het eerst in 8 jaar de vraag: ‘wat ga ik volgend jaar doen?’, en daarmee is alles in gang gezet. Omdat ik gevoelsmatig een echte Teugenaar ben geworden, vond ik het heel belangrijk om op een positieve manier afscheid te kunnen nemen.  Misschien hadden we nog een jaar kunnen samenwerken, misschien nóg langer, maar ik wist het niet meer zeker. Daar komt bij dat de meeste 1e-elftalspelers alleen nog maar Marcel Vink voor hun neus hebben zien staan en nieuwsgierigheid van hun kant naar iets anders kan ik mij goed voorstellen. Al met al was het voor iedereen een moeilijk, maar wel het beste besluit.”

Nu trek je naar Groen Wit. Heb je overwogen om een sabbatical te nemen? Om af te kicken van Sportclub Teuge?

“Nee, dat heb ik nooit overwogen. Natuurlijk had ik het geluk dat het op mij afkwam en door mijn verleden is Groen-Wit voor mij een speciale club. Bovendien is voetbal en coachen mijn passie en dat wilde ik graag blijven doen. Samenwerken met mensen, connecties maken binnen een vereniging en vervolgens met elkaar iets creëren dat beter is dan voorheen. Dat vind ik het allermooiste en ik kan nog geen jaar zonder, haha.”

De grote vraag. Morgen sta je voor een bomvolle kantine. Hoe hoop je dat de mensen jou herinneren?

“Dat men het erover eens is dat ik een bijdrage heb geleverd aan de structurele en duurzame ontwikkeling van prestatief voetbal binnen Sportclub Teuge.”

Euh....en over jou als persoon?

“Euh, dat ik mij met veel zichtbare betrokkenheid en bevlogenheid heb ingezet voor Sportclub Teuge om samen met anderen het beste te bereiken. En dat ik daarin niet alleen resultaatbevlogen, maar vooral ook menselijk bevlogen heb gehandeld. Eigenlijk hoop ik dat mensen naar mij kijken en dat ze denken: ‘ja, hij heeft altijd alles gegeven voor de club’. Want dat heb ik gedaan en ik hoop dat ook zo overgekomen is.”

Oké. Dan zijn we er. Heb je zin in morgen?

“Pffff, vandaag vind ik het wel lastig worden hoor. Het bericht van Jeroen en dit gesprek met jou geven wel extra lading aan die dag. Kijk, ik ben iemand die zomaar kan vergeten dat dat het morgen een bijzondere dag is. Dus dat Jeroen mij appt om te zeggen dat ik me dat goed moet realiseren en ervan moet genieten, maar ook dat jij nu een middag opoffert om dit gesprek met mij te voeren, vind ik heel bijzonder. Jullie hoeven dat niet te doen, maar nemen de moeite desondanks en dat geeft de waarde van een mooie samenwerking aan. Geweldig! Zo mooi en oprecht als ik dit ben tegengekomen bij Sportclub Teuge, dat mag je volgens mij uniek noemen.”

Een mooi vaarwel dus?

“Als ik straks voor het laatst het parkeerterrein verlaat zal er wel de nodige weemoed over mij heen dalen. Toch is dit voor mij zeker geen vaarwel. Daar is Sportclub Teuge mij veel te dierbaar voor. Wie weet komt het in de toekomst nog weer tot een samenwerking. Dat zou ik echt heel leuk vinden. Dus tot die tijd is het ‘tot ziens’.”

Poeh. Mooie laatste woorden. Nou. Tjonge. Ik heb wel een droge bek gekregen zeg!

“Ja man. Goh, ik had je graag een biertje aangeboden, maar ja… Dit is toch ook niet te geloven zeg. Wat een waardeloze tent, haha.”

Ah joh. Maakt niks uit. Het is mooi materiaal voor het verhaal.

“Morgen in de kantine krijg je het biertje alsnog.”

Deal!
 

Een dag later.

Een uur nadat hij is gehuldigd zie ik Marcel Vink zich door een enorme menigte worstelen in de richting van de bar. Een kwartier later komt de alcoholonthouder met een grote glimlach op mij af gelopen.

 

Met in iedere hand een biertje. 


DE ACHT VAN VINK

Als coach van Sportclub Teuge heeft Marcel Vink in acht jaar veel speciale momenten beleefd. Het was een kwestie van ‘kill your darlings’, maar in deze rubriek passeren acht memorabele momenten die hem altijd bij zullen blijven.

 

Eerste thuiswedstrijd tegen de CJV-ers

Voor mij was het de allereerste competitiewedstrijd op ons eigen sportpark. Dat was al bijzonder, maar de manier waarop wij wonnen tegen de absolute titelfavoriet maakte erg veel los. Schitterend.

Kampioenswedstrijd vierde klasse

Dat we degradeerden uit de derde klasse vond ik een blamage en het behalen van het kampioenschap in de vierde klasse dan ook een vereiste. Dat ons dit lukte en dat Pieter Bart Bos de kampioenstreffer maakte, een jaar nadat hij door veel persoonlijk leed was getroffen, was onbeschrijfelijk mooi.

Nacompetitie

Het rare van de nacompetitiestrijd tegen degradatie is dat je het liever niet wilt spelen, tenzij je zeker weet dat je zult winnen, want de sfeer en de belangen zijn uniek.  Daarom is vooral de wedstrijd thuis tegen Zalk mij bijgebleven. Er waren zo veel supporters op ons sportpark. Rondom het veld brandden overal groene fakkels en alle supporters maakten lawaai. Prachtig!

Dit jaar, de wedstrijd tegen Batavia uit

Absoluut een van de allerbeste wedstrijden onder mijn leiding. We speelden zo goed en we knokten zo hard om de drie punten over de streep te trekken. Geweldig om te zien.

VVOP-uit

Toen we op het sportpark in Voorthuizen aankwamen, zagen we aanplakbiljetten waarop het kampioenschap al stond aangekondigd. Sportclub Teuge werd überhaupt niet genoemd. Dat zorgde voor zo veel eerzucht bij ons, dat we er alles aan deden om die wedstrijd te winnen en hen het kampioenschap te ontnemen. Dat lukte. Een week later kwamen de mannen van ’t Harde ons acht kratten bier brengen, haha.

Sociale hart

Tijdens al die jaren zijn er veel mensen gestopt na een rol als speler, coach of leider. De manier waarop Sportclub Teuge daar altijd weer aandacht aan besteedt na de laatste thuiswedstrijd van het 1e elftal is echt traditie en iedere keer weer een genot.

SVI-thuis

Nog een heel bijzondere wedstrijd. Tegen titelkandidaat SVI stonden we vorig seizoen in de rust met 1-3 achter, maar door een weergaloze tweede helft wonnen wij alsnog met 4-3.  Typisch een wedstrijd die ik over vijftig jaar nog haarfijn kan terughalen.

Sportclub Teuge en alle mensen

Dat kan ik eigenlijk niet goed uitleggen. Wat ik heb mogen ervaren bij Sportclub Teuge koester ik voor eeuwig.

 

Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!